Ga verder naar de inhoud

Beleidskader Wonen in stads- en dorpskernen

Wonen in stads- en dorpskernen

De provincie Limburg ondersteunt gemeenten in hun woonbeleid met een strategisch locatie- en kernenbeleid. Hierbij wordt ingezet op het versterken van de kernen in plaats van bijkomende ruimte aan te snijden. Ruimtelijke ontwikkelingen worden afgestemd op maat van de kern.

Visie

De provincie streeft naar een duurzame en kwalitatieve versterking van de kernen en het vrijwaren van de open ruimte. Hierbij wordt in eerste instantie ingezet op het versterken van bestaande kernen en het opvangen van woonbehoefte binnen deze kernen, in plaats van nieuwe ruimte aan te snijden.

Voor het strategisch en maatgericht versterken van de kernen in Limburg wordt gebruik gemaakt van de selectie en typering van de kernen. Deze definieert de ruimtelijk-functionele samenhang van de kernen. Het kerntype bepaalt vervolgens de ontwikkelingsmogelijkheden van de kern.

Theoretisch is er nog voldoende juridisch aanbod binnen (het globaal van) de kernen beschikbaar om de woningbehoefte tot 2040 en later, op te vangen. Een goede sturing van nieuwe woonontwikkelingen is dus nodig. Daarbij wordt gestreefd naar een regionale verdeling van het woningobjectief met minimaal 70% in de bovenlokale kernen en maximaal 30% in de lokale kernen.

Nieuwe ontwikkelingen moeten inspelen op de veranderende woonbehoeften als gevolg van gezinsverdunning, vergrijzing, dynamischere gezinssamenstellingen en de vermaatschappelijking van de zorg. Hiermee blijft het wonen betaalbaar, duurzaam, gevarieerd en kwaliteitsvol.

Selecties

De provincie selecteert en typeert 43 bovenlokale kernen, waarvan 23 op Vlaams niveau (binnen het regionaalstedelijk gebied Hasselt-Genk) en 20 op provinciaal niveau (met een stedelijke of strategische positie voor Limburg). Binnen de bovenlokale kernen op Vlaams niveau wordt er een onderscheid gemaakt tussen regionaal stedelijke kernen en ondersteunende regionaal stedelijke kernen. Binnen de bovenlokale kernen op provinciaal niveau wordt onderscheid gemaakt tussen provinciaal stedelijke kernen en strategische woningmarktkernen.

De provincie selecteert 240 lokale kernen. De gemeente typeert ze, bakent ze af en staat in voor de verdeling van het toegekende woningobjectief over de lokale kernen. Hoofdkern(en) zijn de best uitgeruste kernen in de gemeente. De verdere typering als specifieke kern en woonkern wordt afgestemd op de lokale context.

Aanpak

De provincie operationaliseert haar beleid via volgende doelstellingen en acties:

  1. De provincie voert een kerngericht beleid op basis van de kerntypering. De provincie zal de kernafbakening en -typering hanteren bij het woonbeleid en de verdeling van het woningobjectief. Er worden acties genomen om gemeenten te ondersteunen.
  2. De provincie voert een verdichtingsstrategie om de woonontwikkelingen af te stemmen op maat van de kern. Prioriteit ligt op kwaliteitsvol wonen en het herontwikkelen en verdichten op goedgelegen plaatsen binnen het bestaande ruimtebeslag. De provincie baseert zich voor haar ruimtelijk beleid en advies op het afwegingskader “woonontwikkelingen”.
  3. De provincie doet een verdeling van het woningobjectief voor de regio, de gemeente en de bovenlokale kernen. De gemeente doet de verdeling voor de lokale kernen.
  4. De provincie ondersteunt gemeenten voor gewenste ontwikkelingen binnen kernen om een kwaliteitsvol, kerngericht en toekomstgericht woonbeleid te voeren. Ze voorziet hiervoor verschillend acties zoals onderzoek, het delen van expertise, periodiek woonoverleg, opmaken van verordeningen, …

Wat is ...

Juridisch aanbod zijn gronden juridisch bestemd voor functies zoals wonen, bedrijvigheid, voorzieningen en infrastructuren die nog geen ruimtebeslag hebben.